“Gaan die blogs niet over jou?” Hoor ik fluisterend naast mij.
Ik draai mij om en zie een vrouw van middelbare leeftijd. Felblauwe ogen. Roze fleece vest. Zwarte sportbroek.
“Jij schrijft toch blogs op een website?”
“Ja dat klopt.”
Ik kijk naar de yoga juf. Check of wij haar les niet verstoren met ons gefluister. Ze is nog rustig bezig de deelnemers te verwelkomen.
“Maar je schrijft veel over een mevrouw die een stoma heeft. Ik dacht dat het over jou ging.”
“De blogs gaan inderdaad over mij. Maar ook over het lief en leed van de mensen om mij heen.”
“Maarre….heb jij ook…ehhh… “ Haar ogen schieten naar mijn buik. Ze knikt. Alsof ze mijn navel gedag groet. Ik gniffel. Altijd grappig hoe mensen geleid worden door hun nieuwsgierigheid maar het vervolgens niet durven te vragen.
“Heb jij eeehhh….wel zo’n ding op je buik dan?”
Ze is nog zachter gaan praten. Blijft ongestoord naar mijn buik kijken. Ik trek hem een beetje in. Mij bewust van ‘de rolletjes iets teveel Carlijn’ die daar zitten.
“Bedoelt u mijn stoma? Ja, die heb ik inderdaad.” Antwoord ik rustig. “De blogs over stomazorg gaan inderdaad over mij en mijn lotgenootjes en zijn deels autobiografisch.”
“Maar je bent zo lenig! Je vouwt je hier altijd in alle mogelijke standjes. Je been zwiept in je nek en je neus naar je knieën!” In haar enthousiasme gaat ze steeds een beetje harder praten.
“Je doet bijna de spagaat. Staat muisstil in upper-dog! Heb je die stoma dan niet bij je tijdens de yoga?”
Ik lach hardop.
“Mevrouw. Mijn stomazakje doe ik alleen af tijdens het verschonen. Niet gedurende mijn activiteiten overdag en ook niet ‘s nachts. Gelukkig niet, anders zou het hier een bende worden in de yogales.”
Ik glimlach.
“Maar ik zie of ruik er nooit wat van!” Zegt ze verbaasd.
“Daar ben ik blij om! Aan mijn buitenkant zie je gelukkig niet wat ik mankeer. En dat is maar goed ook want zo blijf ik voor mijzelf en de buitenwereld ook nog gewoon Carlijn.”
We starten onze les. Maar helemaal ontspannen kan ik vandaag niet.
Ik ben mij teveel bewust van de nieuwsgierige blauwe ogen naast mij die mijn buik nog steeds begluren. Vol ongeloof omdat ze er niets van ziet.
Gelukkig maar!
X Carlijn