Het refrein zit al dagen in mijn hoofd, tijdens het douchen, bij het koken en zelfs vanmiddag in de supermarkt. Jullie kennen het nummer vast wel: ‘Als er nooit meer een morgen zou zijn’ van Marco Borsato. Een indringende tekst over wat je keuzes zouden zijn als je nog maar één dag te leven zou hebben.
Wat zou jij doen op die ene laatste dag?
Je hebt er vast wel eens over nagedacht.
De een zou zijn trouwdag over willen doen, bungeejumpen of eindelijk eens die hele taart in een keer opeten. De ander zou de hele dag willen vrijen of op een terras gaan zitten en al kijkende genieten van spelende kinderen. Mijn workaholic vriendin Evelien zou nog even haar laatste werkzaamheden willen afronden, terwijl mijn moeder zal besluiten een lange fietstocht langs de kust te maken. Mijn kennis Peter zal niks anders wensen dan die ene laatste dag eens geen pijn hebben.
Maar ik…wat zou ik doen als er nooit meer een morgen zou zijn?
Die vraag heb ik mij al regelmatig gesteld.
Niet geheel gepast wanneer je slechts 32 jaar jong bent en in de bloei van je leven.
Maar soms komen er dingen op je pad waardoor je wel stil moet staan bij deze vraag
De eerste keer dat ik het mij afvroeg was de dag voor mijn eerste grote buikoperatie.
Ik was 22 jaar en zou de volgende dag een stoma krijgen.
Ik had geen idee hoe ik me mijn leven daarna moest voorstellen. Ik richtte mij dus vooral op de ingreep zelf. En daarbij kwam dus ook de vraag: ‘Wat als ik niet meer wakker wordt of er gaat iets mis tijdens de operatie?’
Ik heb in die dagen stapels afscheidsbrieven geschreven, namenlijsten voor de begrafenis opgesteld, bedankjes aan familie, excuusbrieven aan oude vriendinnen. Ik heb de juiste cd’tjes klaargelegd voor de ceremonie, de mooiste pyjama’s bovenop in de kast, alvast cadeautjes gekocht voor mijn familie. Tenslotte heb ik de laatste administratie weggewerkt, de plantjes water gegeven, nog een keer de badkamer in de chloor gezet. Ja, nu was ik er klaar voor!
Deze handelingen hebben zich nog vier keer herhaald in de jaren en operaties die volgden.
Het heeft tien jaar geduurd voordat ik sta waar ik nu ben.
Vorig jaar, bij mijn laatste operatie, spendeerde ik ‘mijn laatste dag’ niet aan het schrijven van brieven, regelen van muziek of wegwerken van de laatste strijk. Ik ging eerst naar het strand met mijn kleine neefjes en nichtjes, ik bakte zandtaarten die vervolgens explodeerden tijdens zandgevechten. Zand in onze haren, in onze oren en ogen. Het gaf vandaag allemaal niks, vandaag waren er even geen regels. Vervolgens gingen mijn man en ik een hapje eten bij een strandtent en toen nam ik stiekem toch dat ene zalige wijntje. Ik bracht een bliksembezoek aan pap en mam voor een knuffel en sms’te tot diep in de nacht hilarische berichtjes met mijn twee zussen. Na al het geluk van deze dag was ik bijna vergeten welke volgende dag mij te wachten stond
Als het ooit echt zover is?
Voor mij dan geen VIP-reizen op mijn laatste dag, geen culinaire hoogstandjes of bijzonderheden.
Laat mij maar lekker gewoon zijn, bij mijn geliefden en familie. Laat mij lachen om de kinderen, genieten van de liefde en heel even vergeten dat er nooit meer een morgen zal zijn.
Carlijn Willemstijn